Comfort food: lekker en troostrijk
De lockdown duurt voort, er lijkt geen einde aan te komen. Thuis werken in combinatie met weinig tot geen activiteiten aan de ene kant, meer eten aan de andere kant. Een duik in de voorraadkast is snel gemaakt. Met als resultaat extra coronakilo’s. In barre tijden is de mens geneigd zichzelf te troosten met voedsel. Een geestelijke beloning als het ware. Je stopt iets in je mond je voelt je goed, althans voor eventjes.
Het zijn vooral de smaken en structuren uit je kindertijd, die je extra waardeert; zoet, zacht en vet. Een chocoladereep of een stukje boterkoek biedt voor de meesten meer troost dan een appel of een stukje komkommer.
Comfort food is meestal zacht van structuur, warm, hartig, kruidig en vullend. Geen culinaire hoogstandjes, maar wel heerlijke goed gevulde ovenschotels of suddervleesgerechten, zoals je die van thuis kent. Eén en al herinnering aan vroeger, gepaard gaande met gevoelens van nostalgie en geborgenheid.
Voor mij is dat de pannenkoek. Vroeger met suiker tegenwoordig met kaas en gember. Of een suddergerecht van draadjesvlees met vet doorregen voor de smaak van toen. Gedroogd fruit mee laten pruttelen en afmaken met een dekseltje van plakjes kruidkoek. Heerlijk.
De pannenkoek kan ik goed weerstaan, die eet ik alleen in een pannenkoekenhuis, dus daar is momenteel niet aan te komen. Het draadjesvlees daarentegen is echt een gerecht voor thuis op het fornuis: een nostalgische quilty pleasure pur sang. Mmmm.